Overal in Indonesië kom je in aanraking met dans, de kunst van het verhalen vertellen en theater in vele genres. Dansers, sjamanen, toneelspelers, wajangpoppenspelers, verhalenvertellers, dichters en gamelanmuzikanten vervullen een belangrijke rol bij het vermaken, raad geven en onderwijzen van hun medeburgers in de tradities van hun gemeenschap. Er wordt gedanst om ziekte uit te bannen, boze geesten af te weren, overwinningen te vieren, bij overgangsriten ter gelegenheid van geboorten, begrafenissen, huwelijken en puberteit en bij jaarlijkse evenementen die met de landbouw te maken hebben, zoals zaaien en oogsten. Soms worden de dansen uitgevoerd door een selecte groep, maar vaak doet de hele gemeenschap mee. De begeleiding bestaat uit zang en muziek van bamboe klankbuizen (angklung), fluiten of een orkest. Tijdens sommige dansen raken de dansers in trance. De bekendste van deze trancedansen is de Balinese barong. Deze dans verbeeldt de strijd tussen de tegengestelde krachten van goed en kwaad in het universum, die worden gesymboliseerd door het goede beest barong en de boosaardige heks Rangda. De grootste toeristische dansattractie van Bali is de kecak, die wordt uitgevoerd door soms wel honderd zingende heen en weer zwaaiende mannen.
Kenners van textiel zullen beamen dat van alle landen ter wereld in Indonesië de grootste verscheidenheid aan traditionele textielvormen wordt aangetroffen. Elke van de etnische groepen in het land lijkt ooit een eigen traditie in het vervaardigen van stoffen te hebben gehad. De oostelijke eilanden kennen de ikats, Sumatra de songkets en op Java worden schitterende batiks vervaardigd. Het batik is niet weg te denken uit de hedendaagse Javaanse cultuur. Voor het maken van verfijnde batik is uitzonderlijk veel geduld nodig. Er moet geschetst worden, delen van de lap moeten met was behandeld worden, de doeken moeten verfbaden hebben, gewassen en gedroogd worden. Het verven en met was behandelen wordt net zo vaak herhaald als nodig is om het gewenste aantal kleuren te krijgen. De ambachtelijke traditie is een van de weinige gemeenschappelijke kenmerken van de eilanden.
De verscheidenheid is opnieuw even groot als het aantal culturen, van primitief houtsnijwerk tot prachtig geweven stoffen, rotan- en bamboeartikelen, gouden en zilveren sieraden en halskettingen van kaurischelpen. Traditionele schilderijen, krissen, dansmaskers, kamerschermen, wajangpoppen en muziekinstrumenten.
Enkele voorbeelden staan hier op de website.
Batikken
Batikken (van: veel puntjes in het Javaans) is een manier om lappen textiel met verf van een decoratie te voorzien, waarna deze lappen als kleding kunnen dienen. Batik kan echter ook een kunstvorm zijn voor wandkleden. Batikken is een heel oude kunstvorm. Er zijn doeken gevonden in het Midden-Oosten, in India en Centraal-Azië van meer dan 2000 jaar geleden.
Blangkon
Een blangkon of belangkon (Indonesisch) is een traditionele Javaanse hoofddeksel gedragen door mannen en gemaakt van batik stof. Er zijn 4 verschillende soorten blangkons op basis van hun vorm en oorsprong.
Gamelan
Gamelan is de benaming voor zowel de muziekstijl, de muziekinstrumenten als de bespelersgroep ervan in Indonesië. Een gamelanorkest bestaat voornamelijk uit slaginstrumenten zoals drums, kulintangs, gongs en xylofoons, maar ook bijvoorbeeld fluiten. Vooral op Java en Bali is de gamelan heel populair. Het is kenmerkend voor Indonesische volksmuziek.
Trouwen
Bij Indonesische bruiloften is er geen strikte scheiding tussen receptie- of daggasten. Iedereen die ook maar enige verbintenis met het bruidspaar heeft, wordt uitgenodigd voor de volledige huwelijksdag, inclusief diner.
Wajang
Wajang is een leenwoord in het Nederlands uit het Javaans. In het Javaans betekent wayang letterlijk "schaduw" of "schim". De afgeleide betekenis van dit woord is een bepaalde vorm van poppenspel, waarin gebruik wordt gemaakt van schaduw- of lichteffecten.
Zilver
Kota Gede, ook wel zilverstad genoemd, is een stadje op vijf kilometer ten zuidoosten van Yogyakarta. Kota Gede is bekend vanwege de grote zilverindustrie en de koninklijke begraafplaats van de eerste sultan van Java, Panembahan Senopati.